Skip to main content

Vertrouwenspersoon ongewenst gedrag

Iedere werkgever is vanuit de Arbowet verplicht om te zorgen voor een veilige werkomgeving voor
werknemers. Om aandacht te hebben voor de psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Het aanstellen
van een externe vertrouwenspersoon kan daarbij helpen.

Psychosociale arbeidsbelasting

Als er sprake is van ongewenste omgangsvormen of hoge werkdruk, kan dit stress veroorzaken en leiden tot lichamelijke, psychische en sociale klachten. Denk hierbij aan verminderd presteren, ziekteverzuim, personeelsverloop en consequenties voor het imago van de organisatie.
In de Arbowet wordt dit psychosociale arbeidsbelasting (PSA) genoemd.

Ongewenst gedrag

Op het werk kunnen medewerkers te maken krijgen met ongewenst
gedrag. Onder ongewenst gedrag vallen seksuele intimidatie, agressie &
geweld, pesten en discriminatie.
Ongewenst gedrag kan voorkomen tussen collega’s, tussen een
medewerker en de leidinggevende en tussen de medewerker en klanten
of vrijwilligers. Dit kan bij direct contact en online.

Als er sprake is van ongewenst gedrag dan is het belangrijk dat de medewerker terecht kan bij de vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon is er voor medewerkers, vrijwilligers en stagiaires.

Externe vertrouwenspersoon

De taken van de vertrouwenspersoon bestaan uit het opvangen, adviseren en begeleiden van medewerkers die te maken hebben met ongewenst gedrag binnen de organisatie. De vertrouwenspersoon behandelt alle hulpvragen in vertrouwelijkheid, tenzij het gaat om een strafbaar feit.

 

Een luisterend oor en de bevestiging dat het ongewenst gedrag is, kan voor de medewerker met een klacht soms al voldoende zijn. Ook kan de vertrouwenspersoon samen met de medewerker zoeken naar een passende informele oplossing. Je kunt hierbij denken aan het ondersteunen van de medewerker bij de gesprekken met collega’s of leidinggevende. Ook kan een juridische procedure de meest passende aanpak blijken te zijn, zoals bijvoorbeeld het verwijzen naar de klachtencommissie of de politie.

 

Wanneer je te maken hebt met een probleem door een reorganisatie of een arbeidsconflict dan is dat geen zaak voor de vertrouwenspersoon.

Wat een vertrouwenspersoon kan doen?

– Het opvangen van medewerkers die te maken hebben met ongewenst gedrag
– Het bieden van een luisterend oor
– Het met de melder als eerste kijken naar een oplossing in de informele sfeer
– Het bespreken van andere opties met de melder
– Het eventueel doorverwijzen naar of wijzen op andere hulpverlenende instanties
– Het ondersteunen en naast de medewerker staan
– Het meegaan met een gesprek als steun en toeverlaat
– Het helpen bij het indienen van een formele klacht

 

De regie blijft bij de melder.

De vertrouwenspersoon zal doorverwijzen als het gaat over

– Een arbeidsconflict
– Het oneens zijn met beoordeling
– Problemen rond een reorganisatie
– Problemen thuis
– Werkdruk

 

Ook zal de vertrouwenspersoon geen rol spelen als het gaat om waarheidsvinding, om het onderzoeken van een klacht of voor het houden van hoor en wederhoor.

Een prettige werksituatie maak je samen

De organisatie is dus als werkgever verplicht om grensoverschrijdend gedrag en werkdruk te voorkomen.

Maar ook als medewerkers heb je hierin een eigen verantwoordelijkheid. Het begint met het geven van het goede voorbeeld. Immers, voorkomen is beter dan genezen.

Over Anjo Pluijmers

Anjo Pluijmers is gecertificeerd vertrouwenspersoon en aangesloten bij de beroepsvereniging LVV.